De harde cijfers zijn intussen genoegzaam bekend: in Vlaanderen is 14% van onze totale oppervlakte verhard, in Zuid-West-Vlaanderen maar liefst 21%. Omdat al die verharding de kans op overstromingen bij hevige regenval en watertekort tijdens hardnekkige droogteperiodes stevig vergroot, beslisten 12 steden en gemeenten uit Zuid-West-Vlaanderen om deel te nemen aan het participatieve onthardingstraject van Intercommunale Leiedal. Tot maandag 25 mei kregen burgers de tijd om enerzijds hun eigen voortuin en anderzijds een stukje publieke ruimte in te dienen als potentieel onthardingsproject. Leiedal maakt nu € 10.000 vrij om alle burgers die hun voortuin nomineerden van klimaatrobuust plantgoed te voorzien.
In juni 2019 ondertekenden de dertien burgemeesters uit Zuid-West-Vlaanderen het vernieuwde Burgemeestersconvenant 2030. Hiermee engageerden ze zich om tegen 2030 40% minder CO2 uit te stoten ten opzichte van 2005, én om klimaatadaptieve maatregelen te nemen, zoals het vergroenen en ontharden van publieke en private ruimte. Leiedal ondersteunt de steden en gemeenten hierin en maakt in 2020 volop werk van een regionale onthardingsstrategie.
Ieder zijn steentje wegdragen
“Verharding heeft immers een niet te onderschatten impact op het steeds vaker voorkomen van overstromingen en hardnekkige droogteperiodes, zoals we de voorbije twee zomers zagen,” bevestigt Wout Maddens, voorzitter van Leiedal. “Toch kunnen niet enkel de (lokale) besturen hier wat aan doen. Als je weet dat private tuinen ongeveer 10% van onze totale ruimte uitmaken, begrijp je meteen dat ook iedere burger een aanzienlijk steentje kan bij- (of weg)dragen.”
En net dat was voor Intercommunale Leiedal de drijfveer om eind februari in Anzegem, Avelgem, Deerlijk, Harelbeke, Kuurne, Lendelede, Menen, Spiere-Helkijn, Waregem, Wervik, Wevelgem en Zwevegem een participatief traject op te starten, waarbij elke inwoner de kans kreeg om enerzijds zijn eigen voortuin en anderzijds een stukje publieke ruimte als mogelijk onthardingsproject in te dienen. In totaal ontving Leiedal via de digitale tool 17 private en 56 publieke onthardingsprojecten, gespreid over acht steden en gemeenten.
Goed voor 2082 badkuipen
In het kader van het strategische project ZeroRegio (gesubsidieerd door de Vlaamse overheid) maakt Leiedal nu € 10.000 vrij om de zeventien private initiatiefnemers te belonen met klimaatrobuust plantgoed. Het plantgoed wordt in samenwerking met boomkwekerij Coeman uit Waregem ter beschikking gesteld. Per vierkante meter te ontharden oppervlakte wordt een vast bedrag aan plantgoed voorzien. In totaal zal, verspreid over de zeventien projecten, 694 m² onthard worden. Hiermee kunnen jaarlijks 2082 badkuipen extra water opgevangen worden. In Wevelgem wonen de ferventste ontharders: de gemeente is op haar eentje goed voor 274 m² private ontharding.
Besef als water doen doordringen
Was dit traject slechts een kleine stap in de goede richting, toch hoopt Leiedal met haar actie meer mensen te bereiken dan zij die de afgelopen drie maanden een onthardingsproject indienden. De droogte van de laatste jaren heeft alvast voor een sense of urgency gezorgd die stilaan bij de doorsnee burger begint door te dringen. “Het ontharden van je voortuin is een mooi voorbeeld van hoe elke burger op relatief eenvoudige manier zijn verantwoordelijkheid kan opnemen,” bevestigen Thijs en Lynn uit Wevelgem. “Naast onze voortuin nemen we ook de zij- en achterkant van ons huis onder handen, waardoor we in totaal ongeveer 125 m² zullen ontharden.”
De intercommunale hoopt dan ook dat de zeventien ontharde voortuinen meer mensen zullen aanzetten om hetzelfde te doen, en blijft de komende jaren stevig op ontharding inzetten. Het positieve effect van ontharding en vergroening kan in ieder geval niet voldoende herhaald worden. Vergroening zorgt voor verkoeling op warme dagen, meer waterinfiltratie en het aanvullen van de grondwatertafel, creëert een gezondere en aangenamere omgeving, stimuleert de biodiversiteit en zuivert de lucht. De publieke locaties die in dit participatieve traject door de burgers werden genomineerd, werden intussen aan de lokale besturen overgemaakt.